Prof.dr. Pursey Heugens, Rotterdam School of
Management Erasmus University
‘Snoeien doet groeien, geldt voor
overname
familiebedrijf’
Noem het een
zaagtandeffect. Bij familiebedrijven gebeurt de overdracht van de ene op de
andere leidinggevende veel minder frequent en meer schoksgewijs dan in andere
takken van het bedrijfsleven, waar CEO’s en bestuurders regelmatig wisselen.
Tel daarbij op dat de aftredende generatie soms lastig de touwtjes uit handen
geeft en zich ertoe moet zetten om de nieuwe generatie vrijheid te geven. Zo’n
situatie ondermijnt de ontwikkeling van een gezond bedrijf en maakt het
kwetsbaar.
Familiebedrijven lopen bij de overdracht bovengemiddeld grote risico’s
ten opzichte van bedrijven waar familiebanden niet spelen. Slechts 30% van de
familiebedrijven overleeft de eerste generatiewisseling. Na de tweede wisseling
is dat nog maar 13% en na de derde nog maar 3%. Deze keiharde feiten liegen er
niet om. Ze zijn aanleiding tot een gesprek met Pursey Heugens, die met
helikopterblik het Nederlandse en internationale bedrijfsleven bekijkt.
Zijn kantoor is maar een steenworp
verwijderd van Westland en Oostland. Hij kent de tuinbouw goed. “Hier komen veel
eerste generatie studenten, afkomstig van tuinbouwbedrijven” vertelt hij. Hij
ziet echter niet veel verschillen in structuur tussen familiebedrijven in de
tuinbouw en familiebedrijven in andere sectoren van het bedrijfsleven.
Heugens deed onderzoek naar
strategieverandering na generatiewisseling in familiebedrijven. “We verzamelden
data van grote, deels beursgenoteerde familiebedrijven, maar die komen in alle
sectoren voor”, meent hij. De conclusies van dit onderzoek gelden volgens hem
net zo goed voor de land- en tuinbouw.