Posts tonen met het label Komkommer. Alle posts tonen
Posts tonen met het label Komkommer. Alle posts tonen

maandag, maart 23, 2015

Komkommers en paprika's uit Brandenburg



Gebroeders Vahl verkennen Die Heimat
‘Je moet eerst de afzet organiseren, dan pas gaan bouwen’

Duitsland lonkt. De oosterburen waarderen producten van eigen bodem meer dan import uit Nederland. Kees Vahl was bovendien wel toe aan een nieuwe uitdaging. Toen hij en zijn broers lucht kregen van een glastuinbouwproject naast een houtfabriek in voormalig Oost-Duitsland viel alles op z’n plaats.

Op het bedrijf van de gebroeders Vahl in IJsselmuiden is altijd reuring. André en zijn neven Dries en Kees hebben de afgelopen jaren niet stil gezeten en hebben flink uitgebreid, tegendraads aan de economische ontwikkelingen in de glastuinbouw.
Vijf jaar geleden was het komkommerbedrijf nog 5 ha groot en waren er plannen om te gaan investeren in Het Nieuwe Telen (HNT). Die plannen zijn inmiddels uitgevoerd. Ze bouwden een nieuwe kas van 2,2 ha, voorzien van luchtslurven en buitenlucht aanzuiging. Vandaag de dag is het bedrijf 7 ha groot, aangevuld met 3 ha huurtuin.
Lange tijd stopten zij samen met andere bedrijven hun energie in het aardwarmteproject in de Koekoekspolder, waarvan de bron en de machinekamer recht voor hun bedrijf liggen. Nu hebben ze hun zinnen gezet op hun jongste project; een bedrijf van 4,6 ha in Bralitz, een dorp in de deelstaat Brandenburg, tussen Berlijn en de Poolse grens. Daar telen ze komkommers en paprika’s.

vrijdag, oktober 17, 2014

Veredeling



Veredelingsbedrijven werken aan gesloten ketens
‘De juiste balans vinden tussen wensen van telers en consumenten’

Voor de veredelaars van groenten gloort er altijd een nieuw ras aan de horizon. Of het nu gaat om hoge productie, resistenties of juist smaak, om bulk of niche, om Nederland, Europa of verder, verbeteringen blijven nodig. Maar wie bepaalt nu de strategie die ieder bedrijf volgt? Telers, grootwinkelbedrijven, trendzettende koks of consumenten? Iedere veredelaar zingt zijn eigen lied.

Veredeling voor de niche of bulk, dat is de grote vraag. Veredelingsbedrijven proberen beide markten te bedienen, maar ieder heeft zijn eigen accenten. Eminent bijvoorbeeld, opgericht door paprikatelers Jan en Ted van Heijningen, specialiseerde zich als productiebedrijf in bijzondere gewassen die zich onderscheiden in vorm, kleur en smaak. Een echte nichespeler dus. Selectie en veredeling had eerst tot doel om eigen producten te ontwikkelen, maar er is eveneens vraag naar zaden ontstaan.
Account manager Joke Kras legt uit hoe Eminent vers product levert aan Engeland, Duitsland, Scandinavië tot ver in Rusland. Het assortiment is breed, van tomaat, paprika, peper, aubergine tot wortel- en knolgewassen. Eminent Seeds beperkt zich voorlopig tot specialties van paprika, peper en tomaat.
Naast snackpaprika’s is het gelukt om een Habanero te ontwikkelen die 20 kg/m2 produceert. Zo’n uitzonderlijk hete paprika is geschikt voor Ethiopië, Uganda of Mexico. Dat er hete exemplaren bij zitten is wel duidelijk. In de verwerkingshal van het bedrijf lopen de tranen je spontaan in de ogen.
Kras: “Nederland is voor ons niet zo hele grote markt. We kijken veel verder.”

Klein, maar snel
Helemaal nieuw op de veredelingsmarkt is Axia Vegetable Seeds. Het bedrijf werd in 2010 opgericht door Sandor en Alois van Vliet, die eerder de scepter voerden bij het door Monsanto overgenomen Western Seeds. Dit jaar brengen zij hun eerste rassen op de markt. Hun specialisatie is de veredeling van tomaten. Dat is geen verrassing als de aandeelhouders van dit bedrijf allen tomatentelers (en een plantenkwekerij) zijn.
Alois van Vliet legt uit hoe het bedrijf in zo’n korte tijd al aan de markt kan zijn. “Onze aandeelhouders zijn natuurlijk onze adviseurs. Dat is een groot voordeel. Daarnaast belichten wij net zoals in de praktijk gebeurt, waardoor wij in de winter doorgaan en dus meerdere keren per jaar van teelt wisselen. We zijn weliswaar klein, maar snel, flexibel en innovatief.”
Mainstream of specialties, alle tomatenrassen zijn voor Axia belangrijk. Kesgro in Middenmeer heeft inmiddels op 9 ha de middelgrote trostomaat ‘Axiradius’ gezet. Intussen is er een nieuwe cherrytomaat ‘Axiani’, die rijp is voor de praktijk.

donderdag, februari 13, 2014

Biologisch dynamisch



André en René Poldervaart  over biologische teelt:
‘Je moet sterke zenuwen hebben, maar ieder jaar groeit het beter’

Strakke rijen planten, kaarsrechte paden bedekt met houtsnippers en netjes geschoffelde aarde. Het teelbedrijf van de familie Poldervaart ligt klaar voor het nieuwe seizoen. Vlak onder het teeltoppervlak krioelt het van de beestjes, schimmels en bacteriën die wortels aanvallen of juist sterker maken. Biologisch telen is een missie, maar vooral een vak dat veel ervaring vraagt.

“Als je hier ’s nachts door de tuin loopt met een zaklamp dan krioelt het van de pissebedden. Kun je daar niet tegen, dan slaap je niet meer”, zegt André Poldervaart met doordringende blik. Wie het technisch zeer modern uitgeruste bedrijf van vader André en zoon René nietsvermoedend binnen stapt, zal verbaasd opkijken van de biodiversiteit in de kassen. Tussen de houtsnippers van populieren wemelt het van de beestjes. Soms schadelijk voor de planten, meestal behulpzaam bij het opruimen van bladeren die op de grond vallen. Maar het meest treffende is de geur van het jonge paprikagewas, komkommers en de tomaten die nog naast het plantgat staan. Het ruikt groen en groeizaam.
Poldervaart heeft leren leven met de grillen van de biologisch dynamische teelt, hoewel de omschakeling in 1999 niet eenvoudig is verlopen. “Ik ben groot geworden met chemische bestrijding. Dan is het verschrikkelijk moeilijk om te zien hoe snel planten kunnen worden aangetast door luis of witte vlieg. We hebben echt wel momenten gehad dat er alleen nog paprika’s aan een plant hingen en dat al het blad was afgevallen. En toch komt het na verloop van tijd weer goed. Maar om dat vertrouwen te krijgen duurt wel even.”

donderdag, april 18, 2013

Tuinbouwcrisis


End of an Era

Veel tuinbouwbedrijven staan op omvallen. Terwijl het oorverdovend stil is, hangt een nieuwe crisis recht boven de kasnok van Neerlands landbouwtrots: boetes wegens subsidiemisbruik.

De voedingstuinbouw in kassen heeft vijf magere jaren achter de rug. 2011 gaat de geschiedenis in als rampjaar als gevolg van de Ehec-crisis die de sector honderden miljoenen heeft gekost. Alsof dat nog niet genoeg is, wordt de zwaar noodlijdende tuinbouw nu ook geconfronteerd met vermeend subsidiemisbruik.

Ondernemers hebben hun focus gericht op schaalvergroting. Ze wilden hun kosten per kilo product verlagen. Dat joeg hun schulden op, maar zou hun marges redden. Om de leningen maalden ze niet. Lage rentes en banken die hen met graagte nog wat extra krediet verkochten lachten hen in de beginjaren van de 21e eeuw toe. Groei was bovendien lucratief door de liberalisering van de energiemarkt, waardoor tuinders met hun WKK (Warmte-kracht koppeling) hun uit gas geproduceerde elektriciteit konden gaan verkopen. Sommigen dachten op die manier duurzaam en slapend rijk te worden. Bedrijfseconomisch leken de plaatjes helemaal te kloppen. Het pakte anders uit.

Ruim één miljard GMO
Veelbesproken is de zogeheten GMO-subsidie die Europese telersverenigingen ontvangen. De afkorting heeft niets te maken met genetische modificatie, maar alles met samenwerking - 'gemeenschappelijke marktordening' - om tuinders te helpen een betere positie in de markt te veroveren. Sinds het ontstaan van deze subsidieregeling hebben de gezamenlijke telersverenigingen ruim één miljard subsidie aangevraagd, waarvan de helft in de afgelopen zes jaar. Je zou zeggen dat zo’n regeling de tuinbouwondernemers een stuk op weg moet helpen om de kwaliteit, duurzaamheid en voedselveiligheid van hun groenten definitief op de kaart te zetten.

Het Landbouw Economisch Instituut (LEI) deed onderzoek naar de besteding van die gelden en kwam in november 2011 met aanbevelingen voor een Gemeenschappelijke Marktordening na 2013. De conclusies waren niet mals. De subsidies worden niet gebruikt voor het doel waarvoor ze bestemd zijn:

‘Nederlandse telersverenigingen besteden de GMO-middelen primair aan het milieu, de bevordering van de afzet, de kwaliteit en de duurzaamheid. De uitsplitsing van deze activiteiten leert dat er veel geïnvesteerd is in duurzame productiemiddelen. Daarnaast is het reëel om te veronderstellen dat een aantal van deze investeringen in duurzame productie en ander activiteiten ook had plaatsgevonden zonder GMO-subsidie, zij het wellicht op kleinere schaal. 
Er worden relatief weinig middelen gestopt in product- en merkenontwikkeling en marktontwikkeling. Dit komt mede doordat deze strategieën duur en risicovol zijn, de markt voor verse groente en fruit tot nu toe – mede dankzij keuzes van de sector zelf – een commoditymarkt is en er verticale concurrentie van supermarkten uitgaat (huismerken). Verder heeft de sector de neiging in hardware (stenen) te investeren en niet in software (nieuwe producten). De sector is nog altijd georiënteerd op de fysieke productie in plaats van de markt.’

Vette boetes
Het rapport rept over de tendens van verenigingen om zoveel mogelijk subsidie binnen te halen. Met die houding wekten ze de aandacht van handhavende instanties. Grootgebruikers van de GMO-regeling zijn telersverenigingen Coforta (The Greenery), FresQ, ZON en Van Nature. Daar waar twijfel is over de spelregels hebben verenigingen boetes opgelegd gekregen. Die houden in dat een deel van de subsidiegelden terug moet. Dat doet pijn, want door de slechte prijsvorming zijn er niet of nauwelijks liquide middelen. Veel bedrijven staan reeds op de rand van een faillissement.

FresQ
Met name telersvereniging FresQ, dat groot is in tomaten, komkommers, paprika’s en aubergines en opmerkelijk veel leden heeft met megabedrijven, is de laatste jaren onder vuur komen te liggen. Deze vereniging heeft een boete ontvangen van het Productschap Tuinbouw (PT) als uitvoerder van de GMO regeling, omdat er twijfel is over de uitvoering van de regeling. Samen met andere beboete telersverenigingen maken zij bezwaar. Hangende het onderzoek, willen zowel FresQ als PT niets over deze zaak zeggen. Het gaat om tientallen miljoenen euro's.
Ondertussen heeft deze telersvereniging nul op het rekest gekregen op hun nieuwe aanvraag van 22 miljoen GMO euro voor het jaar 2013, want het PT heeft hen geschorst als erkende telersvereniging. Dat is een grote tegenvaller. Afgelopen zaterdag heeft de algemene ledenvergadering van FresQ zelf maar besloten dat zij geen GMO erkende telersvereniging meer wil zijn. Of dat nog iets uitmaakt is onduidelijk. 

Het wordt de leden van FresQ, waarvan de ene helft aanspraak maakt op GMO-subsidies terwijl de andere helft zich daarvan distantieert, heet onder de voeten. Voor velen staat het water immers zonder de dreiging van boetes al aan de lippen. Vandaar dat het achter de schermen bijzonder onrustig is. Leden zeggen hun lidmaatschap op of willen dat doen. Er zijn ook ondernemers die nooit aan de subsidiekraan hebben gehangen of nog maar heel kort lid zijn. Zij vragen zich af of ze nu toch mede aansprakelijk zullen zijn voor boetes en terugvorderingen, terwijl grote profiteurs hen met de gebakken peren laten zitten. De situatie is chaotisch.

De mededeling van staatssecretaris  Dijksma dat tuinders persoonlijk risico lopen op terugvordering van GMO-gelden[/url] schept helderheid, maar maakt de zorgen er niet minder om. De staatssecretaris deelt een gevoelige klap uit naar een aantal inmiddels zeer grote bedrijven die hun grootte danken aan wat mogelijk straks 'misbruik van subsidiegelden' heet. Pikant is dat de banken die middelen hebben gebruikt als onderpand voor nog wat extra krediet. Als blijkt dat de regeling is misbruikt, hangt de bank mee.

NMa
De problemen voor FresQ stapelen zich nog verder op. Vorig jaar kreeg deze vereniging al een boete van 14 miljoen euro opgelegd van de NMa wegens vermeende prijsafspraken voor de verkoop van paprika’s met andere telersverenigingen. Dat is wrang omdat paprikatelers hun paprika's echt onder de kostprijs moeten verkopen omdat ... de uitbreiding van hun totaal aan bedrijven zoveel product oplevert dat het niets meer waard is. Als de aantijging van de NMa zou kloppen dan lijkt het op een wanhoopsdaad om zich te verweren tegen de 'inkoopmacht' van de retail. Zichtbaar begint echter te worden dat niet de inkoopmacht, maar het aanbodsurplus het probleem is. Waar de tuinbouw in 'software' (nieuwe en lekkerdere producten en meer toegevoegde waarde) had kunnen investeren en daarvoor riante subsidies ontving, hebben ondernemers geïnvesteerd in overproductie. 

Familie moet bijspringen
Ruim drie jaar na de uitgebreide discussies over de toekomst van de tuinbouw op Foodlog is het nog slechter gesteld met de tuinders. Ze hadden met behulp van GMO-subsidies kunnen werken aan bijvoorbeeld echte consumentenmerken, die hun groenten minder uitwisselbaar maken. In plaats daarvan zijn er na wat fusies zestien telersverenigingen ontstaan, waarvan de meesten een zo breed mogelijk productenpakket voeren en de retailers op hun wenken kunnen bedienen met perfect verpakte tomaten onder huismerk. Verenigingen zijn dus de concurrentie met elkaar aangegaan. De bank kijkt van de zijlijn toe, want het onroerend goed staat zwaar 'onder water', bankiersjargon voor een situatie waarbij gedwongen verkoop de hoogte van de lening niet meer uit het bedrijf laat komen. 

Drie jaar geleden concludeerde directeur Fred van Heyningen van Rabobank Westland dat eigenlijk een kwart van de bedrijven zou moeten afvallen, gezien hun financiële situatie. In die drie jaar is er geen behoorlijk prijsherstel geweest en heeft de sector een extra klap opgelopen door de Ehec-crisis. Tussen 2010 en nu hebben zo’n 200 tuinders de handdoek in de ring gegooid. Bij lange na niet het aantal dat eigenlijk had moeten stoppen om de markt op te schonen. De anderen hebben de buikriem aangehaald en teren ernstig in op eigen vermogen in de hoop dat het ooit beter wordt. Daar waar de bank niet meer wil financieren, springt familie bij. In vele gevallen zonder uitzicht op terugbetaling. 
Opmerkelijk genoeg zijn er ook handelsbedrijven die participeren in overnames, zoals in het paprikabedrijf van de familie Van Dijk in Harmelen. Zulke praktijken zijn allang geen incident meer. De tuinder wordt voorman-arbeider op zijn eigen bedrijf. De trots is geknakt. De motivatie om te ontwikkelen en een beter product te maken is eruit. Er wordt nog slechts geproduceerd. Tegen de klippen op zelfs, zodat het probleem intact blijft.

Cluster naar de kloten
De glastuinbouw was Nederlands parel aan de landbouwkroon. De bekende Amerikaanse managementgoeroe Michael Porter noemde juist de Nederlandse tuinbouw in zijn wereldberoemde boeken als het toonbeeld van een sterk cluster. Dat begrip staat voor een goed functionerende collectieve intelligentie van allerlei functies rond een industrietak. Die roem lijkt door subsidiemisbruik, onderlinge concurrentie, gebrek aan marktbesef, gebrek aan wil om collectief in te grijpen en jarenlang vergiftigend financieringsbeleid ten einde. Sharon Dijksma lijkt nu, net als haar partijgenoot Dijsselbloem in het bankwezen, de realiteit onder ogen te willen zien. Er zal flink wat afgeschreven, geleden en zelfs gesloopt moet worden. En Porter? Die moet op zoek naar betere voorbeelden van collectieve intelligentie. Het oude cluster blijkt naar de kloten.

 Foodlog, 18 april 2013.

maandag, juni 27, 2011

Komkommer


Bleker drinkt komkommersmoothie KomOp!

Staatssecretaris Bleker nam vanmorgen op het Plein in Den Haag het eerste slokje van de komkommersmoothie KomOp!, die hem werd aangeboden door komkommerteler Ruud Zwinkels uit Kwintsheul. De smoothie is gemaakt van komkommers die door de vraaguitval onverkoopbaar zijn geworden. Dat was de start van een tour door Nederland, waar Amsterdam, Rotterdam en Venlo werden aangedaan.
KomOp! is verzonnen door Wouter de Heij van Top bv uit Wageningen, die in een spontane opwelling iets wilde doen voor de komkommertelers die zo zwaar zijn getroffen door de EHEC-crisis. Veel vrijwilligers hielpen hem de afgelopen week bij de realisatie. Het idee achter KomOp! is tuinders aan te zetten tot productinnovatie in vers. Gezien de slechte marges die zij behalen op hun producten kunnen nieuwe concepten in verwerkt vers een mogelijkheid zijn tot verbetering van hun rendementen. De smoothie is slechts een voorbeeld; er kan zoveel meer. 

Groenten en Fruit Actueel